Orgelconcert Gert van Hoef in de Grote Kerk

Gert van Hoef verzorgt het derde orgelconcert van deze zomer in de Grote Kerk van Nijkerk. Deze jonge orgelvirtuoos komt op dinsdag 18 juli naar Nijkerk om het Van Deventer-orgel in de Grote Kerk te bespelen.

Programma
Bekijk het complete programma op www.orgelnijkerk.nl.

Over Gert van Hoef
Gert van Hoef (1994) ontving in 2008 zijn eerste orgellessen van mevrouw Daamen te Barneveld en vanaf 2010 bij Evert van de Veen. Hier kwam zijn muzikaliteit tot bloei en ontwikkelde hij zijn repertoire zowel in de breedte als in de diepte. In 2010 werd hij organist van de hervormde gemeente te Voorthuizen en won hij het Feike Asma-concours bij Johannus Orgelbouw. In 2011 werd hij daar tweede. Vanaf 2011 kreeg Gert orgellessen van Herman van Vliet, ter voorbereiding op zijn conservatoriumstudie.

Gert studeerde vanaf 2013 hoofdvak orgel bij Jos van der Kooy aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en bijvak piano bij Katy Satur en Wim Voogd. Ook ontving hij twee jaar lang privélessen muziektheorie bij de operadirigent Giacomo Formentini.

In 2014 heeft Gert zijn eerste cd opgenomen vanuit de Saint-Martinkerk in Dudelange. In 2015 won hij het Govert van Wijn Orgelconcours te Maassluis. In 2017 deed hij eindexamen in de St. Bavo te Haarlem met een 8,5 als cijfer. In 2018 heeft Gert zijn studie aan het conservatorium afgerond en behaalde hij zijn einddiploma.

Al sinds het begin van zijn carrière plaatst Gert video’s van zijn orgelspel op Youtube. Mede daardoor geniet hij grote bekendheid en geeft hij vele concerten in binnen- en buitenland.

Het orgel
1756 is het bouwjaar van het orgel in de Grote Kerk. De orgelmaker Matthijs van Deventer uit Nijmegen bouwde het instrument. De meubelmaker Andries van Bolder uit Arnhem was verantwoordelijk voor de buitenkant. Hij maakte van de eikenhouten orgelkas een kunstwerk met uitbundig houtsnijwerk.

Oorspronkelijk had het orgel 22 registers, verdeeld over het hoofdwerk en het rugwerk. Het pedaal was aangehangen. Eén van de vele aanpassingen en restauraties van het instrument vond plaats in 1910. De firma De Koff plaatste toen een Subbas 16′ op het pedaal en bracht twee pedaalkoppels aan. Dit vergrootte de mogelijkheden van het orgel enorm.

Bij de laatste restauratie (1975-1988) is het orgel zo veel mogelijk in de originele staat teruggebracht, met behoud van het zelfstandige pedaal. De klank, die mede door de opengewerkte zijkanten van het orgel uitstraalt, kenmerkt zich door warme prestanten, heldere fluiten, stevige tongwerken en een heel palet aan vulstemmen.